Maak het dessert enkele uren op voorhand zodat de tiramisu de tijd krijgt om op te stijven in de koelkast.
Scheid de eieren en doe de dooiers in een mengkom. Verzamel het eiwit in een andere schaal. Voeg de suiker toe aan de dooiers en klop tot je een bleke egale massa verkrijgt. Schep de mascarpone bij het mengsel van dooiers en suiker. Voeg (naar smaak of keuze) ook een scheutje amaretto toe. Meng alle ingrediënten.
Gebruik een grote garde (of mixer) om het eiwit tot een stevig en luchtig schuim te kloppen. Schep het opgeklopte eiwit bij het mascarponemengsel en spatel het schuim er zorgvuldig onder. Probeer zoveel mogelijk luchtigheid te behouden.
Maak een kopje sterke koffie en schenk de koffie daarna in een schaaltje. Voeg naar eigen smaak ook amaretto toe aan de koffie. Dip de onderzijde van leke lange vinger of 'boudoir' in de koffie en leg het koekje op de bodem van een schaal waarin je de tiramisu zal serveren. Schik de hele bodem van de schaal vol met gesopte lange vingers.
Doe de helft van het tiramisumengsel over de laag koekjes en schik daarop een nieuwe laag van lange vingers die je in de koffie hebt gedipt. Spatel ook de rest van het tiramisumengsel over de tweede laag en strijk het oppervlak egaal. Laat de tiramisu opstijven in de koelkast.
Vlak voor het serveren kan je het oppervlak van de tirumisu bepoederen met een dun laagje cacaopoeder.